Met zijn architecturale erfgoed, hedendaagse kunst, rijke flora en gastronomische hoogstandjes nodigt Orléans, in de Loirevallei, je uit voor een veelbelovende wandeling. Lees hier onze selectie voor een bijzonder uitje in deze stad. On y va!
De Sainte-Croix kathedraal, embleem van de stad
Als deze muren konden praten, zouden ze heel wat verhalen te vertellen hebben! De oorspronkelijk kathedraal, gebouwd in de 6e eeuw, stortte in de 12e eeuw in. De wederopbouw begon in 1287 en werd voltooid op 8 mei 1829, meer dan 600 jaar later! Dit emblematische monument heeft door de jaren heen een nauwe band opgebouwd met grote persoonlijkheden van de Franse geschiedenis, zoals Jeanne d'Arc, Henri IV en Louis XIV. De gebrandschilderde ramen vertellen het verhaal van Jeanne d'Arc, de beschermheilige van de stad. En mis een bezoek aan de crypten en catacomben niet, een echte stad onder de stad. Het toeristenbureau biedt ook de rondleiding “Orléans van boven naar beneden” aan, die je meeneemt van de hoogste torens van de kathedraal naar de ondergrondse gangen.
Duik in het hart van de Renaissance
Een wandeling door het stadscentrum dompelt je onder in het hart van de Renaissance, een welvarende periode voor de stad, mede dankzij een universiteit die geliefd was bij de grootste denkers, van Calvijn en Erasmus tot Budé en Rabelais. Talrijke gebouwen getuigen hiervan, te beginnen met het Hôtel Groslot, tegenwoordig het stadhuis. Dit particuliere herenhuis, gebouwd voor de Bailli d'Orléans, heeft met veel trots François II, Charles IX, Marie Stuart en Catherine de Médicis herbergd.
Sta ook even stil om het Hôtel des Créneaux te bewonderen, met zijn mengeling van renaissance en gotiek, en niet te vergeten de vele vakwerkhuizen in de stad, zoals dat op nummer 14 in de Rue Sainte-Catherine.
In de voetsporen van Jeanne d'Arc
Elk jaar, van 29 april tot 8 mei, viert Orléans haar heldin Jeanne d'Arc met tien dagen van festiviteiten. Herdenkingsritten, religieuze ceremonies, lichtshows, concerten, luchtparades... Tien dagen lang leeft de stad op het ritme van de Pucelle die haar in mei 1429 bevrijdde. Jeanne d'Arc is ook het hele jaar aanwezig in de stad, te beginnen met haar ruiterstandbeeld op de Place du Martroi.
Je kunt ook een reconstructie bezoeken van het huis van de algemene schatbewaarder van de hertog van Orléans, waar ze verbleef tijdens het beleg van de stad in 1429. Je zult haar ook terug vinden als je in het museum van Schone Kunsten van Orléans bent: een deel van de collecties van het museum is aan haar is gewijd. Voor een feestelijker eerbetoon ga je naar de bars en restaurants in het stadscentrum die een lokaal bier serveren dat La Pucelle d'Orléans heet.
Maison de Jeanne d'Arc Musée des Beaux-Arts d'Orléans La Pucelle d'Orléans
Een toekomstblik in het Frac Centre Val de Loire
Alleen al voor de architectuur is het een bezoek waard! Het Fonds Régional d'Art Contemporain du Centre-Val de Loire blaast de gebouwen nieuw leven in die ooit de militaire Subsistances huisvestten, waaraan het bureau Jakob + MacFarlane drie uitwassen van glas en staal heeft toegevoegd onder de naam Les Turbulences. Binnen richt het culturele en tentoonstellingsprogramma zich op de relatie tussen kunst, architectuur en design. Het Frac Centre-Val de Loire zit ook achter de architectuurbiënnale van Orléans, die in 2017 van start ging.
Op zoek naar streetart
Orléans is ook een paradijs voor liefhebbers van street art, met verschillende plekken die populair zijn bij kunstenaars. Dit zijn onder andere de industriële woestenij van de voormalige azijnfabriek Dessaux, waar werken van Jef Aérosol te zien zijn, en de Mur d'Orléans, een openluchtruimte gewijd aan hedendaagse kunst tegenover de Carmes-bioscoop in de rue Henri Roy. Elke maand wordt een nieuwe kunstenaar uitgenodigd om de muur te versieren.
Maar kunst is ook te vinden op elke straathoek en op de daken van de stad. Ga eens op jacht naar de lachende gele katten van Thoma Vuille, alias M. Chat, of de kleurrijke mozaïekjes van Mifa Mosa. Elk voorjaar organiseert de stad de Loire Art Show, twee grote weekenden gewijd aan verkenning en stedelijke kunst.
Lekkere pauze
Het is onmogelijk om het niet te hebben over de heerlijke lokale lekkernijen. Val voor de fruitmakronen van Orléans en hun originele smaken: aardbeien met azijn uit Orléans, geconfijte rozenblaadjes, kaneel en limoen of romige hazelnoten. Nog ongebruikelijker is de Cotignac, een snoepje op basis van kweepeer dat doet denken aan roudoudou. Het wordt gegeten met een stukje van het deksel van het sparrenhouten doosje. Precies wat je nodig hebt voor een zoete traktatie!
Eén worden met de natuur
Het Parc Floral de la Source is het groene stadshart van Orléans. Bij mooi weer zijn de iris- en dahliatuinen en de rozentuin een lust voor het oog, terwijl de bladeren en vegetatie geleidelijk amber- en gloeikleuren aannemen. In de winter maakt de vorst met zijn witte kristallen plaats voor de natuur om haar rechten op te eisen en opnieuw te beginnen. Ook de Bronnentuin mag je zeker niet missen, hier ontspringt de rivier de Loire om het park zijn naam te geven, maar ook de moestuin, en de beeldhouwwerken die je tussen de bomen kunt ontdekken.
Meer informatie:
Lees ook:
Door Rédaction France.fr
Le site France.fr vous parle d'une France inattendue qui revisite la tradition et cultive la créativité. Une France bien au-delà de ce que vous imaginez...